slow boat passagiers

Twee dagen op de Mekong

Vroeg in de ochtend, nog voordat de zon de toppen van Chiang Rai verwarmt, schudt de bus ons uit onze slaap. Het is vijf uur, donker en stil, op een enkele brommer na die de weg verlicht. Voor ons liggen honderddertig kilometer en een grens die ons scheidt van Laos. Het echte avontuur begint pas wanneer we de pier bereiken waar de slow boat wacht, wiegend op de Mekong, met houten banken, dieselrook en een rivier die zich traag door jungle en dorpjes kronkelt. Twee dagen lang zijn we gevangen tussen stroomversnellingen, kleurrijke passagiers, en het geluid van klotsend water — een observatielaboratorium, een reis in tijd en geduld.

Thailand uit – Laos in

Thailand verlaten we zonder problemen. Voor de oversteek nemen we een andere bus, de Thai–Lao Vriendschapsbrug over. Kosten: dertig baht. Voor Laos hebben we een paar dagen eerder een e-visum geregeld. Dat zou het soepel moeten laten verlopen. Dat doet het ook, op één detail na: de douanebeambte aan de Laotiaanse kant wil vijftig baht (€ 1,30) om zijn stickertje in mijn paspoort te plakken. Een mooie, hetzij niet legitieme bijverdienste. Op één ochtend passeren zeker een paar honderd reizigers zijn bureau. Dat gouden horloge om zijn pols moet immers door iemand betaald worden.

Na de grens staat een busje klaar dat ons naar een houten gebouwtje net over de grens brengt. Hier kunnen we Thaise baht wisselen voor Laotiaanse kip, een simkaart kopen, een broodje eten, iets drinken. Daarna met de tuktuk naar de pier. We rijden weer rechts. In Thailand reden we links.

Kapitein Slow Boat

Aan boord van de slow boat

Om half negen zijn we bij de pier. Onze bagage verdwijnt in het ruim. De boot zou tussen negen en half tien vertrekken. Het wordt tien uur.

De boot zit vol twintigers. Honderden. Verder één gezin en een tiental vijftigplussers, waaronder wij. Al om tien uur ’s ochtends verschijnen de eerste literflessen Lao-bier, afgewisseld met sterke drank. Vind ik dapper, gezien de twee toiletten die ons ter beschikking staan, één per honderdvijftig passagier schat ik. Ze zijn niet zozeer vies, maar alle oppervlakten zijn permanent nat. Voor mij reden genoeg om mijn vochtinname te beperken.

Er is keuze uit zitplaatsen: harde houten bankjes of afgeleefde autostoelen. Voor de beenruimte: denk Ryanair. Maar dan afgestemd op de gemiddelde kleinere Aziaat.

Achterin ligt de dieselmotor. HIer is meer ruimte voor Europese benen, maar de uitlaatgassen kosten je vermoedelijk een paar levensjaren.

Slow boat

Het rivierlandschap

Het landschap is heuvelachtig en groen. Jungle, vooral. Grijze rotsblokken steken boven het water uit. Kinderen zwaaien vanaf bootjes en oevers. Visserbootjes glijden voorbij. Dan een gezwollen dierenlijk. En plastic afval. Vlinders. Waterbuffels. Libelles. Zandstranden. Zwemmende kinderen. Wassende volwassenen. Mannen die iets onduidelijks in de modder staan te doen. Huizen op palen, waarvan sommige door hun benen gezakt zijn.

Dat is het uitzicht.
Na de overdaad van Bangkok vraagt deze eenvoud om gewenning.

De slow boat is overigens niet echt slow. Vandaag leggen we honderdvijftig kilometer af, morgen honderdtachtig naar Luang Prabang.

Powered by GetYourGuide

De medepassagiers op de slow boat

De komende twee dagen is ons lot verbonden aan dat van onze medepassagiers. Als vrouw van zekere leeftijd ben ik onzichtbaar voor de jeugd. Dat maakt deze boot tot een observatielaboratorium. Ik kijk. En kijk nog eens.

Veel jongens — of jongemannen — dragen een snor. Een vreemd gezicht voor mij. Ik ben nog opgegroeid in een tijd dat gezichtsbeharing niet cool was. Toen kwam het hipster tijdperk met baarden. Dat was al vreemd. Nu snorren, afijn.

Groepjes vormen zich. Wie hoort erbij en wie niet? De één praat onafgebroken, de ander trekt zich terug in een hoek. Sommige ‘kinderen’ dragen hun eenzaamheid als een te strak jasje. Oordopjes in, blik naar binnen. Alles om een ongemakkelijk gesprek te vermijden. Een jongen met grote bruine ogen kijkt als een hert gevangen in de koplampen van een auto als ik hem aanspreek over het boek van Japin (dus Nederlander) dat hij aan het lezen is. Veel Fransen. Een paar Duitsers. Amerikanen. Verschillende meisjes, jonge vrouwen, schrijven in keurige handschriften in dagboeken. Ik zie verrassend veel papieren leesboeken. Eén twintiger haalt kleurpotloden tevoorschijn voor haar kleurboek.

Eten is beperkt. Op de boot zijn potnoedels te koop. Tijdens een tussenstop komen vrouwen en kinderen aan boord met zelf voor Nederlandse standaarden te dure koekjes en fruit.

Veel gebeurt er niet op de Mekong. Waarschijnlijk omdat grote delen niet bevaarbaar zijn. Grote boten varen een traject en keren dan weer om. Op smallere stukken liggen verraderlijke stroomversnellingen.

De dag bestaat uit kijken naar de rivier, afgewisseld met het observeren van de jeugd en een zestiger die inmiddels richting tien liter bier gaat.

 

zonsondergang Pak Beng

zonsondergang Mekong

Pak Beng

Pak Beng. Een stip op de kaart en het einde van dag één.

Ons hotel, het Mekong River View Hotel, kost vijfendertig euro inclusief ontbijt. Het duurste van het dorp. Dat zegt hier iets, maar niet veel. Het hotel ligt tegenover een olifantenreservaat. De olifanten schijnen bij zonsopkomst en -ondergang in de rivier te drinken. Vanaf ons balkon hebben we uitzicht op de rivier en hopelijk op de olifanten.

De ramen bestaan uit houten lamellen met kieren van vijf centimeter. Boven het bed hangt een muskietennet. Ik vrees de nacht. Of eigenlijk: de muggen. Dengue, malaria en vooral jeuk liggen op de loer. Een ontstoken beet uit Bangkok is nog niet genezen.

Diner bij Sabaidee Restaurant: pompoencurry met rijst. Heerlijk. Een klein meisje probeert de hakken van haar moeder. Links rechts, rechts links. Dat maakt niets uit. Ze rent er net zo hard op.

Om acht uur lig ik al in bed. De gemiste slaap moet worden ingehaald. ’s Nachts drink ik liters; overdag beperk ik mijn vochtinname, om het toilet aan boord te vermijden.

We slapen tot half zeven. Geen mug gezien of gevoeld — vermoedelijk dankzij de ventilator. Ook geen olifanten gezien. Jammer.

 

Mekong landschap

landschap Mekong

Einde van de party trail

Dag twee op de party trail.

Om acht uur zijn we bij de boot. Precies op tijd en toch te vroeg. Het duurt een uur om iedereen aan boord te krijgen. Daarna zit deze propvol.

Deze boot is kleiner. Geen houten banken, alleen vieze autostoelen. De dieselmotor heeft een kwartier nodig om op te starten en mij ondertussen te vergassen. Er zijn reddingsvesten. Ongeveer één per vijftien mensen. Dat stelt gerust. Of juist niet.

De yoghurt die ik vanmorgen als lunch kocht, is bedorven. Had ik kunnen weten. Hij stond niet in een koelkast.

De houten bankjes van gisteren waren comfortabeler. En schoner.

We zijn anderhalve dag onderweg. Ik zie geen vogels. Geen insecten. Eén vlinder. Nog één. Een libelle.

Af en toe legt de boot aan om iemand op te pikken.

De slow boat is slow, maar op een goede manier. Niet qua snelheid, maar qua tijd. Tijd beweegt hier anders. Dit is Boeddhistische onthechting in de praktijk: geen comfort, geen overvloed, geen internet.

Mijn rug protesteert. De doorgezakte stoelen waren zelfs in hun beste tijd alleen geschikt voor kleine mensen.

En terwijl de Mekong onverstoorbaar onder ons doorglijdt, leer ik opnieuw wat langzaam werkelijk betekent. Geen opdringere push meldingen. Geen haast. Geen ander doel dan aankomen waar de rivier besluit dat we mogen zijn. De jeugd drinkt, tekent, kleurt, zwijgt, leeft. Ik kijk, luister, laat los. Mijn rug klaagt, mijn hoofd wordt stiller. En ergens tussen jungle en diesel, tussen plastic afval en vlinders, tussen potnoedels en onthechting, vaart de tijd even niet vooruit — maar gewoon mee.

Mekong Riverside Lodge

Mekong River view lodge Pak Beng

Kinderen Mekong

Praktische informatie Slow Boat

Vertrek uit Chiang Rai

Chiang Rai in Thailand is het meest logische vertrekpunt. Het is een enigszins slaperig stadje, met als hoogtepunt de Blauwe Tempel, een soort Efteling versie van Boeddishme. In het centrum van de stad ligt de gouden klokketoren. Wij sliepen in het Luckswan Resort, een hotel naast de Blauwe tempel.

Kosten & tickets

  • Als je de trip via een touroperator in Chiang Rai regelt dan kost het ongeveer 1500 baht (december 2025 prijzen). De touroperators vind je rijen dik in het centrum van de stad, in het straatje voor de klokketoren.
  • Zelf regelen kost ongeveer 1.000 baht, exclusief visum.

    • Je betaalt voor de bus naar de grens,

    • de bus tussen de grenzen (30 baht).

    • De taxi of tuctuc van de grens naar de boot.

    • Het kaartje voor de slow boat kost 200.000 kip. 100.000 per dag, bewaar je kaartje, dat wordt de volgende dag gecontroleerd.
bootjes Laos

onderweg op de Mekong

aanlegsteiger Pak Beng

Kade Pak Beng

Blauwe tempel Chiang Rai-2

Blauwe tempel Chiang Rai

Visa Laos

  • E-visa: aanvraag duurt 3 werkdagen en kost 45 euro.

  • Het visa aan de bij grens kopen is: 35 USD + 20 USD “commissie” (pasfoto nodig).

  • 50 baht smeergeld  voor douanebeambte.

Accomodatie Pak Beng

  • Pak Beng: hotel zelf regelen en eventueel vervoer. Ons hotel: 350 meter van de kade, steile toegang.

Aankomst in Luang Prabang

Luang Prabang: de kade is buiten de stad; vervoer naar stad is een gedeelde tuktuk of taxi via Laco-app, reken op 15.000 kip per km

Tuktuk Luang Prabang

Luang Prabang vervoer naar de stad vanaf de pier

Verder lezen

Een week in Bangkok

Een week in Bangkok

Ontdek het bruisende Bangkok: een stad vol contrasten waar gouden tempels, levendige streetfoodmarkten en moderne wolkenkrabbers samenkomen. In deze blog neem ik je mee langs de mooiste bezienswaardigheden, lokale gerechten en insider tips om het beste uit je bezoek aan Thailand’s hoofdstad te halen. Perfect voor reizigers die houden van cultuur, culinaire verrassingen en avontuur.

Lees meer
Nachtbus naar Medina

Nachtbus naar Medina

Om half een ’s ochtends schrik ik wakker uit een nachtmerrie waar een stel boeven me optillen uit mijn stoel en me als Westerse slavin afleveren op de schoot van een prins. Dit terwijl mijn reisgenoot in het echt en in de droom gewoon doorslaapt. Ik snap ook wel dat als een Saudi prins een blonde slavin bestelt hij waarschijnlijk voor het zestienjarige zusje van Doutzen Kroes gaat en niet een grijze bijna zestigjarige vrouw. Toch, je kunt in je dromen niet voorzichtig genoeg zijn.

Lees meer
Het pompeuze thee-emporium

Het pompeuze thee-emporium

Het pompeuze thee-emporium is net iets anders dan een humoristisch reisverslag. Stefania neemt de lezer mee in haar ontmoetingen en observaties onderweg waarbij ze ethische dilemma’s niet schuwt. De cultuur, natuur en de politiek van de bezochte landen komen aan bod, waarbij ze de staat van de landen vergelijkt en vaak de vinger op de zere plek legt. 

Zoals een proeflezer opmerkte:

‘Je boek leest heerlijk. Fijne schrijfstijl, humoristische tafereeltjes en veel liefde voor de mensen onderweg.’

Lees meer

Leestip

E-reader

Kobo abonnees kunnen het boek gratis te lezen.

In dit boek beschrijft Stefania van Lieshout haar reis naar India vanuit St. Ives, in Engeland. Er is een (vaag plan), meer een concept eigenlijk met als uitgangspunt dat de auteur niet wil vliegen om het klimaat niet nog verder op te warmen. Dus dat wordt de trein, bus of boot.

De auteur reist met haar partner vanuit Engeland naar Nederland, Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Servië, Bulgarije, Turkije, Cyprus, Jordanië, Saoedi-Arabië, Qatar en tenslotte India.

Ze reist zonder uitgewerkt plan, dat betekent voortdurend beslissingen nemen. Potentieel dure vergissingen. Beslissingen die achteraf stom of gevaarlijk zijn, tegenvallen of anders uitpakken dan verwacht. Het is omgaan met tijd- en cultuurverschillen, communicatieproblemen met elkaar en de ander, verandering van klimaat, slaapgebrek en ander voedsel. Vaak ongemakkelijk.

Onderweg zien ze kruisraketten overvliegen in Saoedi-Arabië, in Qatar biedt een sekswerker zijn diensten aan. In India vissen koeien hun eten uit een zee van plastic. Ethische dilemma’s, culturele verschillen en politieke vraagstukken komen uitgebreid aan bod. Het is een humoristisch en soms kritisch reisverslag met veel liefde geschreven voor de mensen en de natuur onderweg.

Pin It on Pinterest